In het Annuntiata Instituut Veurne geeft Thomas Vergouwe aardrijkskunde in de 1ste en 2de graad D en D/A. Thomas noemt zichzelf een ‘eigenwijze kwiet’ en wordt niet graag in een bepaalde richting geduwd. “Net daarom werk ik graag met Lernova: ik pas het naar mijn goesting aan.”
Hoe pakt Thomas zijn lesvoorbereidingen aan? “Ik bereid de lessen D en D/A samen voor. Op twee schermen zie ik de methode voor D en D/A naast elkaar. De verschillen tussen beide zijn gering. Ik scrol door de leertrajecten en wijzig in mijn aangepaste trajectversie.”
“Ik maak aangepaste trajectversies voor mijn lessen en voorzie theoriebundels. Daarin copy-paste ik de theorie uit Lernova en vul die met eigen voorbeelden aan. Soms wil ik weinig veranderen, andere keren veel. En dat vind ik net één van de grote voordelen van Lernova.”
In Thomas’ lessen verdwijnt de laptop soms van de bank. “Bij de start van de les zijn alle laptops dicht. Met een aantal gerichte vragen activeer ik de voorkennis en geef ik mijn leerlingen een kapstok om nieuwe leerstof te verankeren. Enkele voorbeelden: wat zijn de vier sferen? Wat is atmosfeer? Van welke werelddelen komen de meeste toeristen? Zo wek ik de interesse van de leerlingen en reik ik ze het kader voor de les aan. Het geeft mij ook een beeld van wat de leerlingen al goed kennen en waarvoor ik extra tijd moet voorzien.”
Wat na die eerste lesfase? “Meestal geef ik dan verder klassikaal les: we bespreken de introtekst en enkele oefeningen samen. De laptops van de leerlingen zijn dan nog dicht zodat iedereen zich op mijn instructie en het bord focust.”
“Bij sommige klassen duurt mijn klassikale instructie langer. Enerzijds omdat bepaalde oefeningen net iets meer voorkennis vereisen (en die voorkennis krijg ik niet altijd in de introductie geactiveerd). Maar ook omdat leerlingen die vorig jaar met een andere methode werkten soms een begrip niet hebben gezien, bijvoorbeeld anamorfosekaarten. En in dat geval leg ik dat begrip eerst klassikaal uit.”
Wanneer de leerlingen zelfstandig werken in het leertraject blijkt het geduld van de leerkracht een belangrijke troef. “Soms ontstaat er een klein chaosmoment: de laptops gaan open, Lernova moet opgestart worden, leerlingen geraken niet meteen op WiFi … Ondertussen heb ik geleerd dat mijn geduld in deze fase van de les belangrijk is. En dat ik ook de leerlingen tot geduld moet aanmanen. Je moet eventjes door dit overgangsmoment. Ach, het is wat het is.”
“Ik denk vooraf goed na over het moment waarop we in de les overschakelen naar zelfstandig werk. Want eenmaal de leerlingen in het leertraject bezig zijn, is het moeilijk om iedereen weer samen te roepen voor een instructie of opdracht. Daarom plan ik het uitdelen van theoriepagina’s, het invullen van agenda’s, de communicatie over toetsen … in aan het begin van de les.”
" Is een leerling klaar met de opbouw van de les? Dan mag die de oefeningen van reeks A en B maken. Oefeningen van reeks C maken we niet, tenzij ik een oefening expliciet als op te lossen aanduid.”
“Ik check in het dashboard of leerlingen niet lukraak dingen hebben aangeklikt, maar effectief de leerstof hebben verwerkt.”
“In de methode worden de oefeningen automatisch verbeterd. Handig: deze resultaten gebruik ik voor het cijfer dagelijks werk. Na de Opbouw werken de leerlingen tegen de volgende les de oefeningen uit Reeks A en B af.”